Keramieken beeldjes in de bodem van ’s-Hertogenbosch
Bij archeologisch onderzoek in de Bossche binnenstad zijn de afgelopen tientallen jaren regelmatig vondsten gedaan van heiligenbeeldjes van pijpaarde en terracotta. Deze beeldjes werden in de vijftiende en zestiende eeuw op grote schaal gemaakt met behulp van mallen. Over deze beeldjes is al veel geschreven.
Van een andere groep keramieken beeldjes uit de late middeleeuwen en renaissance (±1250-1600), die met de hand zijn geboetseerd, is daarentegen nauwelijks iets bekend. Deze zeldzame en tot de verbeelding sprekende figuurtjes inspireerde archeoloog Aleike van de Venne tot een zoektocht naar soortgelijke vondsten en het gebruik en de betekenis ervan in ’s-Hertogenbosch en daarbuiten.
Keramieken beeldjes die zijn gevonden in 's-Hertogenbosch
Vraag naar luxeproducten
Het voorkomen van beeldjes van aardewerk past in een ontwikkeling van productie van luxe aardewerk die rond 1200 begint. Zo verschijnen naast het gebruikelijke kook- en drinkgerei ook olielampen, rammelaars, beeldjes en antropomorf aardewerk (gebruiksaardewerk versierd met menselijke gezichten en ledematen) op de markt.
Het valt op dat de ontwikkeling naar decoratief aardewerk samenvalt met de opkomst van het stadsleven. In de late middeleeuwen ontstond – naast de adel - een nieuwe elite van handelaren en in mindere mate ambachtslieden, die veel geld te besteden hadden. Zij leefden volgens nieuwe stedelijke normen en waarden. Hierbij hoorde het onbegrensd nastreven van materiële rijkdom.
Adellijke levensstijl
Mogelijk zijn de luxe voorwerpen van aardewerk, die archeologen hebben gevonden bij woningen van handelaren en ambachtslieden in de stad, een poging om de adellijke levensstijl te imiteren. Deze imitatie kan onder meer worden afgeleid uit de vondsten van aardewerken kandelaars die een goedkopere uitvoering zijn van metalen exemplaren die de adel bezat.
Ook dakruiters van aardewerk zijn in wat dit betreft noemenswaardig. Deze werden op de nok van het dak van een huis geplaatst als vertoon van rijkdom. In ’s-Hertogenbosch zijn hiervan ook verschillende fragmenten teruggevonden, onder andere bij het archeologisch onderzoek op de Markt. Het gaat om een groot ruiterstandbeeld uit het begin van de veertiende eeuw: dit zijn fragmenten van het dekkleed van het paard.
Fragmenten van een dakruiter, gevonden bij het onderzoek van de Grote Markt
Speelgoed of decoratie
Dat de eerste keramieken beeldjes verbonden zijn aan de adellijke levensstijl blijkt ook uit de onderwerpen: ruiterfiguurtjes en dieren zoals honden, herten en paarden, verbonden aan de jacht. Hoe de beeldjes gebruikt werden is niet helemaal duidelijk. Het is niet ondenkbaar dat sommige beeldjes als tafeldecoratie zijn gebruikt.
De meeste onderzoekers denken dat de beeldjes bedoeld waren als speelgoed. Dit ligt het meest voor de hand, omdat ze lijken op houten en metalen speelgoed uit die periode. Ook zijn er schriftelijke en iconografische bronnen die bewijzen dat de keramieken beeldjes als speelgoed werden gebruikt. Kinderen speelden hiermee riddertoernooien van de volwassenen na. De beeldjes kunnen daarentegen ook als snuisterij voor volwassenen hebben gediend, bijvoorbeeld ter decoratie van de schoorsteenmantel.
Prent met spelende kinderen van Hans Burgkmair, begin zestiende eeuw, uit het boek ‘Der Weisskunig’ over het leven van keizer Maximiliaan I.
Paarden en ruiters
De eerste paardenbeeldjes of ruiterbeeldjes verschijnen in Duitsland in de twaalfde en dertiende eeuw. In Nederland zijn in de dertiende en veertiende eeuw paardenbeeldjes geproduceerd in Zuid-Limburg. In ’s-Hertogenbosch zijn bij twee verschillende archeologische onderzoeken twee nagenoeg identieke roodbakkende ruiterbeeldjes gevonden met accenten van witbakkend aardewerk.
Het meest complete exemplaar komt uit een veertiende-eeuwse vullingslaag van de gracht van een adellijke woning. Op deze plaats is later het Keizershof gebouwd en staat nu het stadskantoor van de Gemeente ’s-Hertogenbosch (Keizerstraat). De ruiter lijkt een valk op de arm te dragen.
Ruiterbeeldjes van roodbakkend met witbakkend aardewerk, gevonden bij het onderzoek van het Keizershof en de Brandweerkazerne Jan Heinsstraat.
Ruiterbeeldje van roodbakkend met witbakkend aardewerk, gevonden bij het Keizershof.
Het tweede exemplaar is ontdekt op het terrein van de voormalige brandweerkazerne aan de Jan Heinsstraat. Bij de opgraving van het Burgemeester Loeffplein zijn tussen het pottenbakkersafval uit de vijftiende eeuw ook fragmenten van een grijsbakkend paard en een roodbakkend paard met zadel gevonden.
Ook bij een opgraving aan de Zuidwal in ’s-Hertogenbosch is een fragment van een roodbakkend beeldje van een dier gevonden, vermoedelijk een paard. Andere voorbeelden van paardenbeeldjes of ruiterbeeldjes uit de vijftiende en zestiende eeuw zijn bekend uit Amsterdam, Breda, Goes, Enkhuizen, Groningen en Rotterdam.
Paardenbeeldje van roodbakkend aardewerk, 1437-1461, productieafval van het Loeffplein.
Vrouwen
Vanaf het einde van de vijftiende eeuw verscheen er een opvallende nieuwe categorie (profane) beeldjes op de markt in de vorm van staande vrouwen. Deze zijn gemaakt van witbakkend aardewerk en steengoed. Ze zijn grotendeels handgevormd en uitbundig versierd met oplegwerk, stempelwerk en ingekerfde versiering.
Het is onduidelijk in welke omvang dit soort beeldjes zijn gemaakt. In ’s-Hertogenbosch zijn fragmenten van zes verschillende beeldjes gevonden. In Duitsland zijn fragmenten van vergelijkbare zestiende-eeuwse beeldjes van witbakkend aardewerk gevonden in Aken, Keulen en Neuss. Uit enkele vondsten in Engeland blijken ze ook verder weg te zijn verhandeld.
Onderzoekers veronderstellen dat ze in Aken en mogelijk ook in Keulen en Raeren zijn gemaakt. In Aken zijn in ieder geval fragmenten van dit soort beeldjes gevonden tussen productieafval. Maar ook in Raeren hebben archeologen vergelijkbare beeldjes tussen het pottenbakkersafval aangetroffen.
Vrouwen te paard
Naast witbakkende staande vrouwenbeeldjes zijn ook een aantal laat vijftiende- en zestiende-eeuwse vrouwenbeeldjes en fluitjes van een vrouw (of soms man) te paard bekend, zowel van witbakkend aardewerk als van steengoed. Bij de opgraving van het Museumkwartier is in een afvalkuil van het Bogardenklooster een vrijwel compleet fluitje gevonden.
Steengoed fluitje, gevonden bij het onderzoek van het Museumkwartier.
Deze beeldjes en fluitjes vertonen grote gelijkenis met de staande witbakkende vrouwenbeeldjes en zijn waarschijnlijk ook in Aken en Raeren gemaakt. Het fluitje uit ’s-Hertogenbosch is, gezien de zithouding, waarschijnlijk eerder een man dan een vrouw te paard met een chaperon als hoofddeksel. De vrouwelijke ruiters zitten namelijk zijwaarts op een paard.
Steengoed fluitjes, gevonden in Londen, 1500-1540 (collectie Museum of London, foto auteur).
Andere dieren en figuren
Van andere beeldjes van aardewerk dan paarden (met ruiters), heiligenbeeldjes en vrouwenbeeldjes lijkt in de late middeleeuwen nauwelijks sprake te zijn geweest. Af en toe vinden archeologen honden of vogels (hanen). Verder bevinden zich enkele narrenhoofden tussen de vondsten. In 2021 is een narrenfluitje gevonden bij het onderzoek van het KPN-terrein aan de Prins Bernhardstraat.
Narrenfluitje van steengoed uit Raeren, gevonden bij het onderzoek van het KPN-terrein.
Gebruik en betekenis
Over het gebruik van de beeldjes kan archeoloog Aleike van de Venne dus alleen vermoedens uitspreken. Ze kunnen als speelgoed zijn gebruikt of, net als tegenwoordig, als decoratie hebben gediend. De ruiterbeeldjes en de kleurige polychroom versierde vrouwenbeeldjes zullen kinderen zonder meer hebben aangesproken, maar lijken erg fragiel om als speelgoed te zijn gebruikt (afhankelijk van hoe duur ze waren). Toch interpreteren archeologen ze vaak als speelgoed. Maar achter een deel van de beeldjes lijkt een diepere betekenis schuil te gaan.
Attributen
Enkele vrouwenfiguren dragen herkenbare attributen, waardoor ze geïnterpreteerd kunnen worden als heiligenbeeldjes, zoals een rad en een zwaard bij de heilige Catharina. Behalve de enkele duidelijk religieuze exemplaren met attributen hebben archeologen ook (profane) beeldjes met een twijfelachtige betekenis gevonden. Deze zijn weliswaar symbolisch, maar niet zuiver religieus. De beeldjes hebben gevouwen handen zonder attribuut of dragen een dier of bloemen op de arm.
Mogelijk kunnen de vrouwenbeeldjes voor een deel worden gezien als huwelijksgeschenk. Gedurende de zeventiende eeuw was aardewerk met huwelijksiconografie, zoals naar elkaar kijkende tortelduiven, een met pijlen doorboord hart, liefdesparen en dergelijke, een populaire huwelijksgift. De attributen lijken ook bij (een deel van) de profane beeldjes een symbolische betekenis aan de beeldjes te geven. Dit maakt waarschijnlijk dat het niet alleen speelgoed betreft.
Besluit
Van decoratie tot devotie, van speelfiguur tot geschenk: deze keramieken beeldjes spreken tot de verbeelding. Ooit onderdeel van het dagelijks leven, nu archeologische vondsten die onze kennis van het verleden verrijken. Tot op de dag van vandaag worden door tal van aardewerkproducenten beeldjes vervaardigd. Vaak hebben ze voor de eigenaar een persoonlijke betekenis. Met beeldende kunst worden immers gevoelens en ideeën uitgedrukt. Daarom blijven ze voor veel mensen, al dan niet kunstliefhebber, nog steeds een populair object.
Dit is een samenvatting van een artikel dat eerder verscheen in ons wetenschappelijk tijdschrift Silva. Wil je meer lezen over deze bijzondere beeldjes? Lees het volledige artikel van archeoloog Aleike van de Venne in Silva (2022, nummer 1, maart).