
Toon van Lieshout: een leven ten dienste van De Katholieke Illustratie
Hij staat er stoer op, Toon van Lieshout, tweede van links in dit gezelschap. Pot bier in de aanslag en Goudse pijp in de mond. Aan zijn linkerzijde zit Piet Aalberse, prominent RKVP-politicus en oud-minister. Een gezelschap van heren in goeden doen. Allemaal fijn rooms. We schrijven het jaar 1929, de plaats van samenkomst is café De Raadskelder in ’s-Hertogenbosch.
Gezelschap in de Raadskelder, 1929. © Beeldbank Erfgoed 's-Hertogenbosch.
In dit verhaal staan we stil bij het leven van Bosschenaar Toon van Lieshout en zijn levenslange inzet voor het blad De Katholieke Illustratie. Het was het huisblad van het goed katholieke gezin.
Toon van Lieshout, 'De ijzeren man'. Een foto uit een plakboek in het archief van de kegelclub 'Mobilia'.
Wie was Toon?
Toon had het ver geschopt in het leven als directeur van De Katholieke Illustratie. Hij was begin 20ste eeuw een bekende Bosschenaar. Nauw verbonden met het rijke katholieke leven in de stad en ook maatschappelijk op vele fronten actief. De maten van kegelclub Mobilia gaven hem de bijnaam ‘De ijzeren man’.
Toch lag een dergelijke loopbaan bij zijn geboorte niet voor de hand. Hij kwam ter wereld op 6 juli 1865 in de Bossche wijk de Hofstad. In die tijd niet het meest chique deel van de stad. In de geboorteakte lezen we dat zijn vader als koetsier de kost verdiende en moeder een bijdrage aan het huishouden leverde als naaister. Zij was analfabeet, zoals blijkt uit de huwelijksakte die ze met een kruisje ondertekende. Verder telde het gezin nog een dochter Maria, geboren in 1862. Maria en Toon bleven de enige kinderen.
Geboorteakte van Toon van Lieshout. © Erfgoed ’s-Hertogenbosch
Toons jonge jaren en eerste huwelijk
Het heeft Toon in het leven niet altijd meegezeten. Je gunt het geen enkel kind om al vanaf zijn vijfde op te groeien zonder zijn eigen moeder. In zijn latere leven verloor hij al betrekkelijk vroeg zijn echtgenote en stierven acht van zijn veertien kinderen.
Over Toons vroegste jeugd weten we weinig. In 1870 -Toon is dan bijna vijf jaar oud- overlijdt zijn moeder. Het gezin woont inmiddels aan het Hinthamereind. Ruim een half jaar na het heengaan van zijn moeder hertrouwt zijn vader met Wilhelmina Verhagen. Toon en zijn oudere zus Maria kregen dus een stiefmoeder. Of ze zich liefdevol over de kinderen ontfermde, we moeten ernaar raden. Uit het tweede huwelijk werden verder geen kinderen geboren. Wilhelmina had dus alle gelegenheid om te moederen over de twee half-weesjes.
Toon moet een fatsoenlijke opleiding hebben gekregen. Dat was zeker niet gebruikelijk in het ’s-Hertogenbosch van de 19de eeuw. We weten dat het aantal schoolgaande kinderen gering was, terwijl er toch voor ‘minvermogenden’ gelegenheid genoeg bestond om onderwijs te krijgen. Het is aannemelijk dat armlastige gezinnen de verdiensten van de kinderen gewoon niet konden missen.
Wat we vervolgens zeker weten is dat Toon op 1 september 1881 op zestienjarige leeftijd in dienst treedt als jongste bediende bij De Katholieke Illustratie. Toon vierde immers zijn 40-jarig jubileum in 1921 en zijn (bijna) 50-jarig dienstverband in 1931. Zelf stond hij vanaf 1911 aan het roer van de Maatschappij de Katholieke Illustratie en drukkerij Berger.
In 1921 is Toon van Lieshout 40 jaar in dienst van De Katholieke Illustratie. © Beeldbank Erfgoed ’s-Hertogenbosch
De eerste vermelding in de burgerlijke stand vinden we vervolgens op 2 mei 1889 wanneer Toon op drieëntwintigjarige leeftijd trouwt met Adriana Martina Bettonvil. De bruid kwam uit een Bossche kleermakersfamilie en had volgens de huwelijksakte ‘geen beroep’. Diezelfde akte betitelt Toon als ‘klerk’. Zover was hij inmiddels opgeklommen bij De Katholieke Illustratie.
Toon en Adriana kregen veertien kinderen, waarvan er slechts zes de volwassen leeftijd bereikten. Nu was de kindersterfte in de stad hoog gedurende de 19de en vroege 20ste eeuw. Toch doet dit extreme aantal doodgeboren en jonggestorven kinderen vermoeden dat er ook sprake was van een erfelijke aandoening. We weten het niet, want medische gegevens ontbreken helaas.
Adriana overleed, drieënveertig jaar oud, op 20 april 1908 bij de geboorte van het veertiende kind. Moeder en kind werden volgens de overlevering in één kist begraven.
De feestdis bij het huwelijk van Toon van Lieshout en Betsie Vollaers. De bruid zit geheel links, de bruidegom staat naast haar. © Erfgoed ’s-Hertogenbosch
Het personeel van de drukkerij bedacht het bruidspaar met een originele oorkonde, met ringen en huwelijksbootje.© Particuliere collectie
Tweede huwelijk
Vijf jaar later, op 26 november 1913, hertrouwde Toon met de dan éénenveertigjarige Elisabeth (Betsie) Vollaers. Ter gelegenheid van die heuglijke dag eerde het personeel van drukkerij Berger het bruidspaar met een trotse oorkonde in kleurendruk voorzien van o.a. twee ringen en een huwelijksbootje als romantische symbolen.
De directie van De Katholieke Illustratie met Toon van Lieshout als roerganger. Foto circa 1910. © Erfgoed ’s-Hertogenbosch
Toon en De Katholieke Illustratie
In het verzuilde Nederland vervulde De Katholieke Illustratie de rol van huisblad van het roomse gezin. Die functie zou het blijven behouden tot in 1968. De nieuwe tijdsgeest vroeg eind zestiger jaren niet meer om dit soort lectuur.
Toons werkzame leven stond een halve eeuw lang in het teken van de Maatschappij de Katholieke Illustratie. Dat is het grootste deel van de vierenzestig jaar dat de Maatschappij haar zetel had in ’s-Hertogenbosch. Hij maakte tijden mee waarin het blad goede oplages haalde maar evengoed waren er jaren waarin de zaken minder voorspoedig liepen. Uiteindelijk heeft hij zijn levenswerk zelf ten grave moeten dragen. Financieel wanbeheer van zijn directe voorganger en harde concurrentie van andere bladen waren hier debet aan. Per 1 oktober 1930 kwam de Maatschappij de Katholieke illustratie volledig in handen van Uitgeverij De Spaarnestad in Haarlem voor het -zeker in die tijd- enorme bedrag van 657.000 gulden. Toon kon in 1931 niet anders dan de Maatschappij liquideren. Het tijdschrift was tegen zijn zin voorgoed losgerukt van de Bossche ‘wortels’.
Toon moest overgaan tot liquidatie van de Bossche Maatschappij in hetzelfde jaar als hij zijn vijftigjarige jubileum zou gaan vieren. Op de buitengewone vergadering van 7 februari 1931, waar de aanwezigen constateerden dat de Maatschappij haar doel verloren had, werd Toon ‘een bijzonder woord van hulde gebracht voor zijn ijverig en accuraat beheer’. Het zal een schrale troost zijn geweest voor het teloor zien gaan van een levenswerk.
Een Bossche Omgang in de jaren 1930. © Particuliere collectie
Toon na zijn pensionering
Toon bleef ook na zijn pensionering een druk baasje. Hij stond graag aan het roer, bijvoorbeeld als voorzitter van de controlecommissie van Drukkerspatroons. We zien hem in de jaren dertig als lid van de R.K. Middenstandsvereniging stoer vooroplopen bij de Bossche Omgang.
In die jaren maakte hij blijkbaar ook graag een wandelingetje door het Bossche centrum. Een fotograaf legde het gesoigneerde heertje bij zijn ommetje vast.
Toon van Lieshout wandelt door de stad. © Particuliere collectie
Toon en Kegelclub Mobilia
Toon was eerste president van de in 1917 opgerichte kegelclub Mobilia. De naam van de club was ontleend aan de toen geldende mobilisatie van het Nederlandse leger. Bij Mobilia vervulde Toon de rol van ‘De ijzeren man’. Of dat iets zegt over het karakter van de man of dat de titel simpelweg verwees naar zijn latere woonplaats Vught, is niet meer te achterhalen. In het archief van de vereniging (die nog steeds bestaat) is Toon op verschillende manieren terug te vinden.
Een tekening van Toon uit het plakboek van kegelclub 'Mobilia'.
Toons laatste jaren
Eind 1931 verhuisden Toon en Betsie naar Vught. Toons zevenenzestigste verjaardag op 6 juli 1932 vierden de kegelvrienden met een officiële steenlegging. In zijn Vughtse woning aan de Taalstraat 15 werd een heuse Mobilia-plaquette ingemetseld. De tegel valt daar nog steeds te bewonderen. Onder de tekst staan vliegende ganzen afgebeeld, dieren die we ook tegenkomen in het ‘plakboek’ van de vereniging. Maar of ze een speciale betekenis hebben, weten we niet.
De Vughtse woning aan de Taalstraat. © Particuliere collectie
De plaquette 'Mobilia' met de vogels. © Particuliere collectie
Toon en Betsie zouden niet lang kunnen genieten van hun nieuwe Vughtse onderkomen. Niet lang na Toons verjaardag in juli 1932 blijken ze beide te wonen in het St. Laurensgesticht te Ginneken. Ongetwijfeld vormden gezondheidsproblemen de aanleiding voor deze verhuizing. Waarom de keuze viel op de omgeving van Breda is niet duidelijk. We weten in ieder geval zeker dat Betsie ging sukkelen met haar gezondheid. Zij overleed op 26 september 1935.
Een half jaar na Betsie’s dood verkaste Toon naar Tilburg. Hij overleed op 2 juli 1937 na een lang ziekbed. Merkwaardig genoeg blijkt Toon dan weer teruggekeerd naar zijn geboortestad ’s-Hertogenbosch, want hij stierf in het Grootziekengasthuis aldaar.
In memoriam Toon van Lieshout. © Particuliere collectie
Geschreven door Francis Witmer